Het is vandaag complimentendag. 3 maart is het doktersassistentedag, en zo heeft bijna elke dag dit jaar wel iets bijzonders. Van ‘wereld UFO dag’ tot pannenkoekendag, je kunt het zo gek niet bedenken. Ik heb er dan ook niets mee en laat de meeste dagen aan mij voorbij gaan. Je kunt het zelfs niet eens gebruiken als excuus: “Nee, helaas. Vandaag kan ik niet, het is namelijk ‘verantwoordingsdag’. En ik heb nog het een en ander te verantwoorden. Misschien een andere keer? Nee, helaas. Ook dat wordt lastig. Dan is het namelijk de dag van de ‘biodiversiteit’. Ik voel mij dan genoodzaakt mijn achtertuin volledig te determineren.”

Maar voor diegene die al deze dagen een warm hart toedragen, krijgen het deze maand druk. Op 4 maart is het wereld gebedsdag, gevolg door de dag van de logopedie op de 6de. Ik vraag mij dan altijd af of het niet beter andersom gepland had kunnen worden, maar goed. Internationale vrouwendag valt samen met ‘de dag van de nier’. Waarna de relatie tussen beide wordt bevestigd op 10 maart, nationale opschoondag. Op 16 en 17 maart zijn het de ‘Nederland doet dagen’ … enfin … u kunt het hier allemaal verder lezen.

Vandaag was het dus een dag om complimenten uit te delen. Ik heb het nagelaten. Althans, de complimenten die uit mijn mond rolde waren niet oprecht. Zoals ook de complimenten die ik heb mogen ontvangen. En zo gaan wij om met een het ingestelde initiatief. Het leidt nergens toe, alleen tot enige kantoor gerelateerde humor. Slechts een paar tellen heb ik mij afgevraagd of ik, in het overleg van vanochtend, mij anders zou hebben opgesteld als ik vooraf had geweten dat je – juist vandaag – de sterke punten van je gesprekspartner moet benoemen, gemeend! Maar nee, dat zou niet passen binnen een professionele organisatie. Daarnaast zou een compliment uit mijn mond argwanend zijn ontvangen.

Toch gaat deze dag de boeken in als een pracht dag. Een dag waarop ik een bijzonder compliment heb gekregen van Gijs, mijn zoon van net 6 jaar.

Al enige tijd heeft Gijs wat mot met een meisje, Anke, uit zijn groep 2. Temperament vol mag je haar gerust noemen en ze doet daarin niet onder voor Gijs. Zo is hij al een keer door haar besmeurd met verf en een tweede keer met stift. In zijn gezicht. Vanavond tijdens het eten vraag E. aan Gijs of hij aan mij wil vertellen wat er vandaag is gebeurd op school. Gijs weifelt. Hij weet dat wat hij moet vertellen niet ‘mooi’ is geweest: “… Anke heeft mij gestompt.”
“O, dat is niet zo mooi Gijs”, antwoord ik, “en wat heb je toen gezegd?”
Het blijft even stil … Gijs kijkt E. aan die hem aanspoort zijn verhaal af te maken.
“Toen heb ik gezegd dat als ze dat nog een keer zou doen mijn papa haar naar Spanje zal gooien.”
“En daar is Anke heel erg van geschrokken.” voegt E. eraan toe.
Ik kan mijn glimlach met moeite onderdrukken. Een opmerking die mij meer waard is dan 1000 complimenten van collega’s. Of het nu complimentendag is of niet.
“Maar Gijs.”
“Ja papa.”
“Wil je dat nooit meer zeggen, zo ver kan papa toch helemaal niet gooien.”